In de najaarseditie veel aandacht voor het werk van Gerrit Kouwenaar: vijf dichters (Anne Louïse van den Dool, Hanneke van Eijken, Anna Enquist, Erik Lindner en Daniël Vis) schreven speciaal voor dit nummer een gedicht als reactie op een lievelingsgedicht van de grote meester en lichtten toe waarom ze speciaal dat gedicht van hem zo mooi vinden.
Rob Schouten legt het gedicht ‘De wijsheid een witte kelder’ van Kouwenaar onder de loep. Verder is nieuwe poëzie van Esther Jansma te lezen, een interview met Nachoem Wijnberg naar aanleiding van zijn nieuwe bundel en met Hannah van Binsbergen, het voorbeeld van debutant Dewi de Nijs Bik.
Er is vertaalde poëzie van de Griekse Tonia Tzirita Zacharatou, toegelicht door vertaalster Eveline Mineur, en Dorien Dijkhuis schrijft een essay over literair agentschap in de Nederlandstalige poëzie.
De prachtige verstripping door Milan Hulsing is van het gedicht 'Nachten VII’ van Louis Couperus, die in 2023 zijn honderdste geboortedag had. Pas aangetreden directeur van PoëzieCentrum Dave Van Robays vroegen we naar zijn favoriete gedicht in de rubriek ‘En wel hierom’.
Opnieuw tal van recensies in dit nummer, onder meer van werk van Robin Block, Micha Hamel, Rozalie Hirs, Liesbeth Lagemaat, Jan Lauwereyns, Eva Meijer, Jeroen Messely, Joost Oomen, Idwer de la Parra, Merel van Slobbe, Anouk Smies, Erik Solvanger en Lilian Zielstra, en van vertaalde bundels van Nouri Al-Jarrah, Claudia Rankine en Zheng Xiaoqiong