Clubkeuze

Elke editie kiest een panel van poëziekenners de meest interessante bundel van het seizoen. Awater-abonnees krijgen deze Clubkeuzebundel automatisch thuisgestuurd. Hieronder vindt u een overzicht.
  • 2023-3

    2023-3

    Misschien bestaan we alleen echt in de ogen van de dieren 

    Alweer een eeuwigheid geleden was er een stroming in de kunst die het adagium L’art pour l’art aanhing. Vrij vertaald: de waarde van kunst ligt in de kunst zelf en niet in de morele, politieke of maatschappelijk betekenis ervan. Er zijn tegenwoordig weinig jonge dichters die dit standpunt nog innemen. Het andere uiterste, poëzie louter als instrument voor een hoger, niet-esthetisch doel, zien we vandaag de dag evenmin. De meeste hedendaagse dichters bewegen zich met hun poëzie tussen deze twee extreme standpunten in, met een voorkeur voor poëzie met enige maatschappelijke betekenis gecombineerd met een persoonlijk verhaal. De clubkeuzejury las in het toegezonden aanbod twee voortreffelijke bundels van dichters die deze combinatie maken.

    Dewi de Nijs Bik schrijft in haar debuutbundel Indolente onder meer over oesterrapers en parelduikers. In de titelreeks die start bij een schilderij laat De Nijs Bik de lezer meevoelen met tot slaaf gemaakten: ‘Het woord kan onze schelp zijn/ zoals het ons lichaam past: korst/ die soms nog wond is, soms/ de korst weer wond geworden.’ 

    Robin Block gaat in Handleiding voor ontheemden op zoek naar zijn Indonesische grootouders en naar zijn eigen identiteit. De koloniale geschiedenis komt ruim aan bod: ‘ik draag de stank van tabak, mijn aderen/ vertakken zich langs oude plantages, mijn spieren/ mengen kalmte met geweld – de stem/ van een voorvader buldert door mijn keel.’ 

    Een dichter die juist niet-politieke, niet-actuele poëzie schrijft is Idwer de la Parra. Vlerk bevat prachtige gedichten waar klank, ritme en natuur de hoofdrollen vervullen: ‘Dit kermen, jonge ekster, dit slepen/ met je vlerken, alsof het allemaal onterecht is,/ allemaal oneerlijk, alsof alles heeft afgedaan.’ 

    De bundel van de clubkeuzedichter draait om liefde. De liefde tussen mensen en de liefde voor dieren en de natuur. Het witste woord is het poëziedebuut van Eva Meijer, die meerdere romans schreef en onderzoek deed naar dierentalen. Haar werk is vaak filosofisch en soms activistisch. Voor zover er een boodschap zit in haar poëziedebuut is deze subtiel verpakt en niet rechtlijnig. De overkoepelende vraag is: hoe verhouden we ons tot elkaar, tot de dieren en tot de wereld? De vorm van haar poëzie is klassiek, de inhoud is verrassend. Elk gedicht is er een om nogmaals te lezen. 

    Plekje 

    Ik beitel een heel klein plekje uit. Voor eitjes leggen, speeksel delen, 
    dat soort dingen. Binnendringen. Iedereen vervelt. Ik ben mijn vorm 
    vergeten. De muur is heet, het zand is heter. We graven tot de avond 
    valt. Ik lig hier in mijn nieuwe vacht, neus tegen je sleutelbeen, 
    en wacht – rol me op, vouw me open, draag me dan de zomer in.



    Bianca Boer en Alek Dabrowski